Onlangs heeft de kantonrechter op verzoek van de werkgever de arbeidsovereenkomst met een medewerker ontbonden wegens een verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter oordeelde daarbij dat de werkgever ernstig verwijtbaar had gehandeld en kende daarom aan de werknemer een billijke vergoeding van €100.000,- toe. De werkgever ging in hoger beroep, waarbij zowel de ernst van het verwijtbare handelen als de hoogte van de vergoeding werd betwist. De uitkomst van het hoger beroep leest u hieronder.
Feiten van de zaak
De werknemer in deze zaak was sinds 2007 in dienst bij werkgever: een staalbedrijf gevestigd in Nederland. Begin 2023 vond er een onaangekondigd gesprek plaats tussen de HR-directeur en de werknemer. Tijdens dit gesprek liet de HR-directeur weten dat de samenwerking met de werknemer naar zijn idee al langere tijd niet goed verliep en dat hij in dat kader naar een afscheid wilde gaan kijken. Zonder enige vorm van voorafgaand overleg stelde de werkgever voor om de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden te beëindigen: hij confronteerde de werknemer ter plekke met een vaststellingsovereenkomst.
De werknemer voelde zich overrompeld en onder druk gezet om in te stemmen met de voorgestelde regeling. Na overleg met zijn juridisch adviseur besloot de werknemer om de overeenkomst niet te onderteken. Volgens de werknemer was de samenwerking met zijn leidinggevende altijd goed geweest en kwam dit onverwachte gesprek als een grote shock.
Nu de werknemer niet instemde met de vaststellingsovereenkomst, besloot de werkgever een ontbindingsverzoek van de arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter in te dienen. Volgens de werkgever was de arbeidsrelatie door dit voorval zodanig verstoord dat verdere samenwerking niet meer mogelijk was.
Procedure bij de kantonrechter
De kantonrechter ontbond de arbeidsovereenkomst tussen partijen, maar verklaarde wel voor recht dat werkgever ernstig verwijtbaar had gehandeld. De kantonrechter oordeelde dat het de werkgever was die de situatie had laten escaleren door het onverwachts presenteren van de beëindigingsovereenkomst. Dit had een herstel van de arbeidsrelatie ernstig bemoeilijkt. In plaats van te streven naar een oplossing of verbetering, had de werkgever te snel gegrepen naar een beëindiging van de arbeidsovereenkomst, waardoor de verstoring van de arbeidsrelatie grotendeels aan hem te wijten was.
De kantonrechter hield de werkgever verantwoordelijk voor de ontstane situatie en om die reden kende de rechter een billijke vergoeding van €100.000,- toe aan de werknemer. Daarnaast werden het concurrentie- en relatiebeding uit de arbeidsovereenkomst vernietigd, zodat de werknemer zonder beperkingen elders aan de slag kon.
Procedure bij het gerechtshof
In het hoger beroep verzocht de werkgever om de verzoeken strekkende tot betaling van een billijke vergoeding en ontslag uit het concurrentie- en relatiebeding alsnog af te wijzen. De werknemer verzocht op zijn beurt om een verhoging van de billijke vergoeding naar ruim €290.000,-.
Het gerechtshof kwam, net als de kantonrechter, tot de conclusie dat het ontslag het gevolg was van ernstig verwijtbaar handelen door de werkgever. Daarbij nam het hof onder andere als uitgangspunt, dat het laatste beoordelingsgesprek betrekking had op het jaar 2018 en de incidenten waarop de werkgever zich baseerde ver in het verleden lagen. Bovendien was de werknemer vooraf niet in de gelegenheid gesteld om zich op het (onaangekondigde) gesprek voor te bereiden en werd hem ter plekke een vaststellingsovereenkomst aangeboden.
De ernstige verwijtbaarheid van de werkgever rechtvaardigde volgens het hof de toekenning van een billijke vergoeding. Bij het bepalen van de hoogte hiervan hield het hof rekening met de ‘waarde van de arbeidsovereenkomst’. Het hof oordeelt dat de billijke vergoeding van €100.000,- bruto passend was, gezien de omstandigheden en de geschatte duur van het dienstverband. De werkelijke buitengerechtelijke kosten werden – op grond van vaste rechtspraak van de Hoge Raad – wel toegewezen.
De volledige uitspraak kunt u hier teruglezen.
Conclusie
Het gerechtshof benadrukt in deze zaak dat ernstig verwijtbaar handelen van een werkgever, zoals het abrupt en onaangekondigd beëindigen van een langdurig dienstverband, aanzienlijke financiële gevolgen voor de werkgever kan hebben. Deze beslissing is een belangrijke reminder voor werkgevers om transparant en zorgvuldig te handelen bij arbeidsconflicten.
Het abrupt beëindigen van een arbeidsovereenkomst kan grote gevolgen hebben. Wilt u advies inwinnen over het zorgvuldig beëindigen van een arbeidsovereenkomst of heeft u andere arbeidsrechtelijke vragen? De advocaten en juristen van SPEE advocaten & mediation staan klaar om u deskundig te begeleiden en uw vragen te beantwoorden.