Eerder schreven wij al een artikel waarin we uitgelegd hebben wat de rechten en verplichtingen zijn van een zieke grensarbeider en zijn/haar werkgever (zie: https://www.spee-advocaten.nl/controle-door-bedrijfsarts1).
Over de re-integratieverplichtingen en het recht op loondoorbetaling van een zieke grensarbeider is in 2016 een vonnis gewezen door de rechtbank Overijssel.
In die zaak speelde het volgende. Een grensarbeider (woonachtig in Duitsland en werkzaam in Nederland) meldt zich ziek en stuurt daarop een verklaring van zijn Duitse huisarts (een zogeheten “Arbeitsunfähigkeitsbescheinigung”) aan zijn werkgever. De werkgever roept naar aanleiding daarvan de werknemer op om naar het spreekuur van de bedrijfsarts in Nederland te komen. De werknemer geeft gehoor aan de oproep en bezoekt de bedrijfsarts. Volgens de bedrijfsarts is de werknemer niet ziek, maar is er ‘slechts’ sprake van een arbeidsconflict en moeten werkgever en werknemer daarover met elkaar in gesprek gaan. Werkgever nodigt werknemer daarom uit voor een gesprek, maar de werknemer zegt dit gesprek af en onderbouwt dit met een verklaring van zijn Duitse huisarts waarin staat dat hij niet in staat is om naar het gesprek te komen.
Vervolgens blijkt dat werknemer wel degelijk ziek is. Zelfs zo ernstig dat een opname in het ziekenhuis en, later, een operatie noodzakelijk is. Door het foutieve oordeel van de bedrijfsarts, is werknemer het vertrouwen in de bedrijfsarts kwijt. De werkgever verlangt echter nog steeds dat de werknemer het spreekuur van de bewuste bedrijfsarts in Nederland bezoekt. Werknemer weigert dit, maar geeft aan dat hij wél bereid is om het spreekuur van een andere bedrijfsarts te bezoeken. Werkgever ziet hier echter geen reden toe, en meent dat werknemer zich niet aan zijn re-integratieverplichtingen houdt. Daarom gaat de werkgever over tot een loonstop.
Daarop schakelt de werknemer rechtsbijstand in. De arbeidsrechtadvocaat van de werknemer voert vervolgens aan dat de verzuimbegeleiding niet in Nederland, maar in Duitsland hoort plaats te vinden, en eist dat het loon wordt doorbetaald.
Vervolgens geeft de werkgever aan dat de bedrijfsarts ook naar Duitsland zou kunnen komen. Maar de werkgever doet daartoe geen concreet voorstel.
Werknemer stelt uiteindelijk een loonvordering in bij de rechter.
De rechter overweegt dat het stopzetten van loon bij ziekte een vergaande maatregel is. Daarbij is van belang dat partijen het erover eens zijn dat de werknemer ziek is. Dat werknemer arbeidsongeschikt is, staat dus niet ter discussie.
Werkgever betwist alleen dat de werknemer recht op loondoorbetaling heeft. Werkgever is namelijk van mening dat werknemer zijn re-integratieverplichtingen schendt, en daarom geen recht op loon heeft. In dat kader overweegt de rechter dat de werkgever niet zomaar had mogen overgaan tot een loonstop. Werkgever had eerst ofwel de Krankenkasse in Duitsland moeten inschakelen voor aanvullend onderzoek, ofwel concrete stappen moeten nemen om werknemer een gesprek met de bedrijfsarts in Duitsland te laten voeren. Werkgever heeft dat allebei niet gedaan. Daarom is het niet gerechtvaardigd om het loon van de werknemer stop te zetten. Het loon moet daarom alsnog met terugwerkende kracht aan werknemer betaald worden, vermeerderd met de daarover verschuldigde wettelijke rente en wettelijke verhoging. Verder wordt de werkgever veroordeeld in de buitengerechtelijke incassokosten en ook in de proceskosten van de procedure.
Kortom, zowel werkgevers als zieke grensarbeiders doen er daarom verstandig aan zich goed te laten informeren en adviseren door een deskundig arbeidsrechtadvocaat over hun rechten en verplichtingen voor wat betreft de re-integratie en het recht op loonbetaling.
Heeft u hier vragen over? Neem dan gerust contact op met een van onze arbeidsrechtadvocaten. Wij hakken regelmatig met dit bijltje en zijn u dan ook graag van dienst.