Een werknemer meldt zich ziek, nadat hij betrokken is geweest bij een bedrijfsongeval, waarbij hij verbrandingen heeft opgelopen. De bedrijfsarts oordeelt, dat het voornaamste probleem, is gelegen in de psychische gesteldheid van werknemer, vanwege de verwerking van het bedrijfsongeval. Nadat een tweetal gesprekken tussen werkgever en werknemer, onvoldoende blijken te helpen, wordt er mediation ingezet. Werknemer verschijnt vervolgens niet bij de eerste mediationafspraak en werkgever stopt met het betalen van salaris.
In een tweetal procedures tussen werkgever en werknemer, komt onder andere de vraag aan de orde of werkgever terecht is overgegaan tot het toepassen van een loonstop. Hoewel de Kantonrechter in eerste aanleg heeft geoordeeld, dat de loonsancties van werkgever onterecht waren, dacht het Gerechtshof in Den Bosch daar anders over.
Het Gerechtshof overweegt, dat werknemer op grond van artikel 7:629 BW, in beginsel recht heeft op betaling van zijn loon. Werkgever stelt echter, dat terecht sprake is van een loonstopzetting. Het Gerechtshof gaat daarin mee en overweegt in dat kader het volgende.
Volgens het Gerechtshof is van belang, dat de bedrijfsarts mediation heeft geadviseerd. Naar het oordeel van het Gerechtshof heeft werknemer niet voldaan aan zijn re-integratieverplichtingen, door zonder deugdelijke grond geen medewerking te geven aan het starten van een mediationtraject. Na veel communicatie omtrent het maken van een afspraak voor mediation heeft werknemer alsnog aangegeven niet op de afspraak te verschijnen.
Het Gerechtshof overweegt, dat werknemer redelijkerwijs had moeten begrijpen dat werkgeefster dit zou opvatten als het weigeren van medewerking zonder deugdelijke grond en dat werkgever daarom tot een loonstop zou overgaan.
Pas in januari 2019 heeft het mediationtraject uiteindelijk alsnog plaatsgevonden. Nu werkgever reeds sinds november 2018 diverse vergeefse pogingen heeft gedaan om werknemer tot mediation te bewegen, acht het Gerechtshof de loonmaatregel terecht gegeven.
Bovendien is het Gerechtshof van oordeel dat, vanaf het moment dat de werknemer zich wél bereid heeft getoond deel te nemen aan mediation en daarmee zijn bereidheid toont om mee te werken aan de bevorderingen van zijn re-integratie, er wél weer loon had moeten worden betaald. De loonsanctie die werkgever heeft toegepast, had dan ook vanaf dat moment moeten eindigen (dat is niet gebeurd).
Wilt u meer weten over dit onderwerp? Heeft u vragen over mediation in een arbeidsrelatie in het geval van een zieke werknemer en de regels die in dat kader gelden? De arbeidsrechtspecialisten van SPEE advocaten & mediation, helpen u graag verder.