3 jun 2022 rechtsgeldigheid elektronische handtekening

De rechtbank Noord-Holland heeft onlangs uitspraak gedaan in een zaak waarbij een overeenkomst werd getekend door het plaatsen van een digitale handtekening op een tablet. Wat is de bewijskracht van zo’n digitale handtekening?

De feiten

Piggy drijft een onderneming die zich bezig houdt met het ontwikkelen, produceren en uitgeven van software, waaronder online klantenbindingsprogramma’s. Deze stelt Piggy tegen betaling aan haar klanten ter beschikking.

In mei 2019 bezoekt een medewerker van Piggy een keurslagerij. Tijdens dit bezoek heeft hij met de directeur gesproken over online klantensoftware van Piggy. Daarbij heeft hij (onderdelen van) het klantenprogramma van Piggy aan de directeur getoond. Tijdens dit gesprek heeft de directeur een handtekening gezet op een tablet die de medewerker van Piggy bij zich droeg.

Piggy stuurt vervolgens een factuur aan de keurslagerij van ruim € 4000,-. Deze factuur wordt niet betaald. Piggy stelt een schriftelijke overeenkomst te zijn aangegaan. Deze overeenkomst en het bijbehorende bestelformulier zijn door de keurslagerij digitaal ondertekend. De keurslagerij betwist dit en stelt alleen getekend te hebben voor het verkrijgen van vrijblijvende informatie. Zij wilde eerst zien wat het systeem van Piggy inhoudt. Bij het bezoek van Piggy zijn de overeenkomst en het bestelformulier niet getoond en niet besproken. Het risico van misverstanden over het al dan niet aangaan van een overeenkomst moet bij de manier waarop Piggy klanten werft voor risico van Piggy zijn, zo meent de keurslagerij. Piggy heeft haar immers ongevraagd benaderd.

Bewijslast

De hoofdregel is dat de partij die zich beroept op rechtsgevolgen van door haar gestelde feiten of rechten, de bewijslast draagt van die feiten of rechten. Piggy beroept zich op de rechtsgevolgen van een door haar gestelde overeenkomst. Omdat de keurslagerij gemotiveerd betwist dat er een overeenkomst tot stand is gekomen tussen haar en Piggy, is het aan Piggy om (de totstandkoming van) de overeenkomst te bewijzen.

Bewijskracht elektronische handtekening

Voor dat bewijs is in beginsel voldoende dat Piggy een onderhandse akte overlegt: een ondertekend document, bedoeld om tot bewijs van de gemaakte afspraken te dienen. Vast staat dat een dergelijk schriftelijk document in dit geval niet bestaat. De wet bepaalt echter dat onderhandse akten ook op een andere manier dan schriftelijk kunnen worden opgemaakt. Ook dan geldt echter het vereiste dat de akte is ondertekend.

In dat kader wordt elektronische ondertekening gelijkgesteld aan handmatige ondertekening. Voorwaarde is wel dat de methode voor ondertekening die is gebruikt voldoende betrouwbaar is gelet op het doel waarvoor de elektronische handtekening is gebruikt en op alle overige omstandigheden van het geval.

Oordeel rechter

Een zogenaamde gekwalificeerde elektronische handtekening (dit is een elektronische handtekening met een gekwalificeerd certificaat) wordt altijd gelijkgesteld met handmatige ondertekening. Piggy heeft niet gesteld dat hier sprake is van zo’n gekwalificeerde handtekening. Daarom moet worden beoordeeld of de gebruikte methode van ondertekening voldoende betrouwbaar is. Dat is naar het oordeel van de rechter niet het geval, omdat de handtekening is gezet op een tablet die de medewerker van Piggy bij zich droeg in een omgeving die door Piggy of een door Piggy ingeschakelde partij wordt beheerd. Wat er met de handtekening gebeurt is daarmee onvoldoende te controleren.

De door Piggy overgelegde overeenkomst kan daarom niet worden aangemerkt als onderhandse akte met de daarbij behorende dwingende bewijskracht. Hetzelfde geldt voor het bestelformulier.

Dat neemt niet weg dat de rechter bewijskracht kan toekennen aan de beide documenten als blijkt dat de keurslagerij digitaal voor deze documenten heeft getekend. Dat de keurslagerij voor beide documenten heeft getekend staat, gelet op de betwisting echter niet vast.

Duidelijk is dat de keurslagerij digitaal een handtekening heeft gezet op een tablet. De keurslagerij heeft echter aangegeven, dat zij slechts eenmaal een handtekening heeft gezet en dat deze handtekening alleen is gezet voor het verkrijgen van nadere informatie.

Piggy heeft ter onderbouwing van haar stelling dat de keurslagerij de overeenkomst en het bestelformulier heeft getekend een zogenaamd ‘Certificate of Completion’ overgelegd. Ook na navraag bij de mondelinge behandeling is echter niet duidelijk geworden wat dit certificaat nu precies bevestigt.

Duidelijkheid daarover is wel van belang. Uit de overgelegde overeenkomst en het bestelformulier komt immers naar voren dat de te leveren licenties en hardware en te betalen prijzen niet in de overeenkomst, maar in de bestellijst staan.

Het is aan Piggy om te bewijzen dat de keurslagerij de door Piggy gestelde afspraken is aangegaan. De rechter zal Piggy daarom in de gelegenheid stellen bewijs te leveren van haar stelling dat de keurslagerij zowel de door Piggy overgelegde overeenkomst als het door Piggy overgelegde bestelformulier (digitaal) heeft ondertekend.

Vooruitlopend op de verdere beoordeling overweegt de rechter vast dat als Piggy niet slaagt in het opgedragen bewijs, de vordering van Piggy tot betaling van de door haar gevorderde bedragen zal worden afgewezen.

Conclusie

Voor het digitaal sluiten van een overeenkomst kunt u dus het beste werken met een zogenaamde gekwalificeerde elektronische handtekening. U voorkomt daarmee bewijsproblemen als er discussie mocht ontstaan over de ondertekening van de overeenkomst. Gebruikt u een andere manier van elektronische ondertekening, dan is het van belang dat u nagaat dat de methode die u gebruikt voldoende betrouwbaar is.

Heeft u vragen of advies nodig over het digitaal ondertekenen van een overeenkomst? Neem dan vrijblijvend contact op met een van onze advocaten. Wij zij u graag van dienst.

SPEE advocaten & mediation Maastricht