Wie is belanghebbende bij indienen ontslagverzoek?
Er zijn stichtingen die alleen een bestuur hebben en bijvoorbeeld geen raad van toezicht. Er is dan geen externe controle op het bestuur. Om die reden kan een belanghebbende naar de rechtbank stappen met het verzoek om het stichtingsbestuur te ontslaan wanneer het bestuur zijn taken niet goed uitvoert. Een recente uitspraak van het hof Arnhem-Leeuwarden verduidelijkt wie er belanghebbende kan zijn in zo’n procedure.
Waar gaat de zaak over?
Verzoeker is de neef van een man met een ernstige verstandelijke beperking die in een zorginstelling woont. De gehandicapte man heeft geen partner of kinderen en zijn broer is jong overleden. De ouders van de man hebben samen met een ander echtpaar een stichting opgericht, met als doel (kort gezegd) de zorg voor gehandicapte mensen, in het bijzonder van de man. De stichting exploiteert in dat kader de voormalige boerderij met landbouwgrond van de ouders van de man, nu eigendom van de stichting.
Inmiddels zijn de ouders van de man al geruime tijd overleden. De vader van de man heeft de stichting benoemd tot zijn enig erfgenaam onder de last om met het vermogen uit de nalatenschap het stichtingsdoel te verwezenlijken. Na het overlijden van de vader is een derde toegetreden tot het stichtingsbestuur.
De neef van de gehandicapte man heeft de rechtbank verzocht om op grond van artikel 2:298 lid 1 BW de bestuurders van de stichting te ontslaan dan wel te schorsen en iemand anders te benoemen als stichtingsbestuurder. De reden? De boerderij staat al jaren leeg, verkeert in deplorabele toestand, er wordt geen onderhoud gepleegd en de gehandicapte man kan niet meer in de boerderij verblijven. Dit levert volgens de neef wanbeheer op en daarmee een reden voor ontslag.
Hoe oordeelden de rechtbank en het hof?
De rechtbank wees de verzoeken van de neef af: hij kan namelijk niet als belanghebbende aangemerkt worden. Hierop gaat de neef in hoger beroep maar het gerechtshof komt tot hetzelfde oordeel.
Centraal in deze zaak staat dus de vraag: wie is er belanghebbende? Want alleen een belanghebbende kan zelf actie ondernemen tegen de stichting. Wie belanghebbende is, moet uit de aard van de procedure en de wet worden afgeleid. Daarbij zijn er twee criteria:
- In hoeverre kan de belanghebbende door de uitkomst van de procedure zodanig in een eigen belang worden getroffen dat deze daarin behoort te mogen opkomen ter bescherming van dat belang? of
- In hoeverre is de belanghebbende anderszins zo nauw betrokken (geweest) bij het onderwerp van de procedure, dat daarin een belang is gelegen om in de procedure te verschijnen?
.
Volgens de neef heeft hij een eigen belang bij het ontslag van het stichtingsbestuur, omdat hij erfgenaam is van de gehandicapte man. Bij overlijden van de gehandicapte man zullen de neef en de overige neven en nichten de boerderij erven. Maar volgens het hof is niet komen vast te staan dat de neef als erfgenaam bij versterf van de gehandicapte man een eigen belang heeft bij het ontslag van het stichtingsbestuur. Immers, de boerderij is eigendom van de stichting en niet gesteld of gebleken is dat de erfgenamen van de man na zijn overlijden aanspraak kunnen maken op (een deel van) het stichtingsvermogen of dat tot de nalatenschap van de man vorderingsrechten op of schulden aan de stichting zullen behoren. Het vermogen van de stichting blijft namelijk in de stichting zitten als de gehandicapte man overlijdt. Kortom: aan het eerste criterium wordt niet voldaan.
Er is ook niet komen vast te staan dat de neef zo nauw betrokken is bij het onderwerp van de procedure dat hij om die reden als belanghebbende moet worden gezien. Het is onvoldoende dat de neef directe familie is van de gehandicapte man en dat hij stelt dat hij zich, samen met de andere neven en nichten, zorgen maakt om diens welzijn. Hierbij vindt het hof van belang dat er kennelijk al meer dan 25 jaar geen contact bestaat tussen beide neven. Ook de andere neven en nichten spelen geen rol in het leven van de gehandicapte man. De zorg van de neef lijkt vooral betrekking te hebben op de voormalige boerderij van de ouders van de man, die volgens de neef in slechte staat verkeert. Maar dat is volgens het gerechtshof onvoldoende om als belanghebbende te kunnen worden aangemerkt. Ook aan het tweede criterium wordt dus niet voldaan.
De uitspraak kunt u hier lezen.
Slotsom
Deze uitspraak verheldert de jurisprudentie over het belanghebbende-criterium en toont naar onze mening ook aan dat het aan te bevelen is om niet alleen een bestuur maar ook een raad van toezicht in te stellen, om toe te zien op de uitvoering van het stichtingsdoel.
Ook vragen over stichtingen? Of andere ondernemingsrechtelijke kwesties? Stel ze aan SPEE advocaten & mediation!