Houdt het ontslag bij de rechter stand?
Deze week een interessante zaak over een werknemer van IKEA die een dubbele maaltijdbon ophaalde op zijn werkplek en dat moest bekopen met een ontslag op staande voet. De werknemer stapte naar de kantonrechter om vernietiging van het ontslag te vorderen. Daarna kwam het zelfs tot een hoger beroep.
Feiten
Het gaat om een IKEA-medewerker die sinds 2016 in dienst is. Op de arbeidsovereenkomst is de IKEA-cao en de IKEA Group Code of Conduct van toepassing. IKEA hanteert huisregels over het verstrekken van maaltijdbonnen aan medewerkers die op zondag werken.
In de Code of Conduct is onder meer opgenomen: “Gevallen waarin sprake is van diefstal, fraude of een ander vorm van ongepast gebruik van middelen die eigendom zijn van de IKEA Group of een medewerker zijn ten strengste verboden.” […] “Als je verdacht wordt van het schenden van de Code of Conduct kan er een intern onderzoek naar je gestart worden. Dat kan leiden tot disciplinaire maatregelen en zelfs tot het beëindigen van je dienstverband.”
In de cao staat te lezen: “De medewerker dient de huisregels, zoals die gelden in de vestiging waarin hij werkzaam is, in acht te nemen.” De huisregels bepalen: “Vanaf zondag 14 april zullen we op de zondagen gaan werken met vouchers in het personeelsrestaurant. (…) Dus iedereen die werkt op de zondag heeft recht op 1 voucher.” De huisregels zijn aan de medewerkers bekend gemaakt door een bericht in een nieuwsbrief van IKEA.
De werknemer in kwestie heeft op 3 november 2019 tijdens zijn werktijd omstreeks 12:00 uur bij de personeelsreceptie een maaltijdbon opgehaald. Dat deed werknemer dezelfde dag om 16:00 uur nog eens over. Op 4 november 2019 heeft er een gesprek plaatsgevonden. Tijdens dit gesprek is aan werknemer verzocht om duidelijkheid te verschaffen over de twee maaltijdbonnen die hij op 3 november 2019 heeft opgehaald en is hij geconfronteerd met de camerabeelden die op die dag bij de personeelsreceptie zijn gemaakt. IKEA heeft werknemer op 4 november 2021 mondeling medegedeeld dat hij op staande voet werd ontslagen.
Oordeel van de kantonrechter
Aangezien werknemer het niet eens is met zijn ontslag op staande voet (dat immers vérstrekkende gevolgen heeft voor zijn recht op een uitkering), is hij naar de kantonrechter gestapt. Die heeft het ontslag op staande voet vernietigd. Volgens de kantonrechter ontbreekt namelijk een dringende reden voor ontslag op staande voet. IKEA heeft het door haar gepropageerde beleid onvoldoende duidelijk schriftelijk vastgelegd.
Wel heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst per 1 maart 2020 wegens een verstoorde arbeidsverhouding ontbonden. Volgens de kantonrechter is het namelijk duideljk dat er voor IKEA geen (behoorlijk) draagvlak meer is voor een verdere vruchtbare samenwerking. Alsnog een ontslag dus, zij het niet op staande voet.
Werknemer laat het er niet bij zitten en gaat in hoger beroep.
Hoger beroep
IKEA stelt zich op het standpunt dat het ophalen van twee maaltijdbonnen, en het niet eerlijk verklaren daaromtrent, al dan niet in onderlinge samenhang bezien, heeft geleid tot een rechtsgeldig ontslag op staande voet. IKEA heeft daartoe aangevoerd dat zij haar beleid voldoende duidelijk schriftelijk heeft vastgelegd. In de huisregels is bepaald dat iedere werknemer die op zondag werkt recht heeft op slechts één maaltijdbon.
Het gerechtshof in hoger beroep gaat daar echter niet in mee: rekening houdend met alle omstandigheden van het geval is het hof van oordeel dat geen sprake is geweest van een dringende reden die ontslag op staande voet rechtvaardigt. Daartoe wordt het volgende overwogen. Werknemer heeft erkend dat hij die dag een tweede bon heeft opgehaald, maar heeft tot zijn verweer aangevoerd dat de tweede bon niet voor hemzelf maar voor een collega bestemd was en dat hij die bon uiteindelijk ongebruikt in zijn locker heeft achtergelaten. Het hof volgt werknemer hierin.
In de huisregels is weliswaar opgenomen dat iedere medewerker die op zondag werkt recht heeft op één maaltijdbon maar er staat niet dat het niet toegestaan zou zijn om een maaltijdbon voor een collega mee te nemen. Dit volgt evenmin uit het feit dat iedere medewerker bij de receptie diende te tekenen voor ontvangst van zijn of haar maaltijdbon. Wel staat vast dat werknemer de tweede maaltijdbon op 3 november 2019 ongebruikt in zijn locker heeft achtergelaten en dat de maaltijdbon na die dag niet meer gebruikt kon worden in het personeelsrestaurant, en dat werknemer dit wist.
Werknemer heeft deze maaltijdbon ook direct opgehaald uit zijn locker en getoond aan IKEA toen hij met de camerabeelden werd geconfronteerd. Aangenomen moet daarom worden dat werknemer niet de bedoeling heeft gehad om zich de waarde die de bon vertegenwoordigt toe te eigenen. Gelet daarop is ontslag op staande voet naar het oordeel van het hof voor deze gedraging van werknemer een te zware sanctie geweest en had IKEA moeten volstaan met het opleggen van een minder zware sanctie, mede gelet op het feit dat werknemer onweersproken heeft aangevoerd dat hij tijdens de arbeidsovereenkomst steeds uitstekend heeft gefunctioneerd en de gevolgen voor hem van het ontslag op staande voet groot waren.
In tegenstelling tot de kantonrechter is het gerechtshof bovendien van oordeel dat er geen sprake is van een verstoring van de arbeidsverhouding die zodanig is dat van IKEA in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Volgens het hof had IKEA kunnen volstaan met het geven van een waarschuwing. De arbeidsovereenkomst wordt daarom hersteld per 1 maart 2022.
De uitspraak leest u hier.
Conclusie
Deze uitspraak toont nogmaals aan dat werkgevers er goed aan doen om zorgvuldig om te springen met (het voornemen tot) ontslag op staande voet. Werknemers adviseren wij natuurlijk ook om zich direct te laten bijstaan als zij hiermee geconfronteerd worden. Juist de eerste stappen kunnen hierbij cruciaal zijn. Raadpleeg bij twijfel steeds een van de arbeidsrechtadvocaten van SPEE advocaten & mediation.