De wettelijke regeling van het concurrentiebeding is in 1907 ingevoerd en is sindsdien nauwelijks gewijzigd. Uit recent onderzoek volgt dat één op de drie werkgevers bijna altijd een concurrentiebeding als standaardbepaling in de arbeidsovereenkomst hanteert, met als gevolg dat er naar schatting in Nederland 3,1 miljoen werknemers gebonden zijn aan een concurrentiebeding. Het concurrentiebeding wordt echter niet altijd gebruikt waarvoor het bedoeld is. Is het na 114 jaar tijd voor een ingrijpende verandering?
Aanleiding onderzoek concurrentiebeding
Een artikel in de Volkskrant eind 2019 over het oneigenlijke gebruik van het concurrentiebeding heeft ervoor gezorgd dat het balletje na jaren weer is gaan rollen. Uit dit artikel bleek dat werkgevers het concurrentiebeding steeds vaker gebruiken om op de krappe arbeidsmarkt werknemers bij zich te houden in plaats van oneerlijke concurrentie tegen te gaan. Nadat er Kamervragen zijn gesteld, hebben D66 en PvdA een motie ingediend waarin zij verzoeken om te onderzoeken op welke manier het gebruik van het concurrentiebeding tot het strikt noodzakelijke kan worden beperkt met in achtneming van de volgende drie opties:.
- het uitsluiten van het concurrentiebeding in contracten voor bepaalde tijd;
- het beperken van de maximale duur en de geografische reikwijdte van het concurrentiebeding bij contracten voor onbepaalde tijd; en
- een minimale vergoeding voor het concurrentiebeding bij contracten voor onbepaalde tijd.
.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft hier gehoor aan gegeven en een onderzoek laten uitvoeren, met inachtneming van de aanbevelingen van de commissie Regulering van Werk (Commissie Borstlap):.
- het uitsluiten van het concurrentiebeding in contracten voor bepaalde tijd; en
- een concurrentiebeding in een contract voor onbepaalde tijd alleen toe te staan indien de werkgever de noodzaak daartoe kan motiveren op basis van zwaarwegende bedrijfsbelangen.
.Het eindrapport is op 25 juni 2021 gepubliceerd.
Rapport: De werking van het concurrentiebeding
In het onderzoek zijn in totaal 475 uitspraken over het concurrentiebeding gebruikt voor de analyse, met als gevolg een omvangrijk rapport van 150 pagina’s met veel belangwekkende resultaten. De belangrijkste conclusies beschrijven wij hieronder kort:.
- Het concurrentiebeding wordt steeds breder ingezet. Eén op de drie werkgevers maakt gebruik van een concurrentiebeding. Dit doen zij vaak met als doel om werknemers op een krappe arbeidsmarkt bij zich te houden, niet om oneerlijke concurrentie tegen te gaan.
- Veel werkgevers maken gebruik van een standaardbepaling in de arbeidsovereenkomst. Daardoor wordt een concurrentiebeding soms gebruikt in een contract voor bepaalde tijd zonder schriftelijke motivatie. In contracten voor onbepaalde tijd wordt een concurrentiebeding soms zonder (goede) reden opgenomen, bijvoorbeeld in het geval dat een werknemer geen toegang heeft tot informatie over relaties of (bedrijfs)gevoelige informatie.
- Werknemers kunnen in veel gevallen op detailniveau de werking van een concurrentiebeding niet duiden. Vanwege de (vaak) beperkte onderhandelingspositie van werknemers brengen zij vaak weinig in tegen een (oneigenlijk) concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst. Werknemers gaan ervan uit dat de werkgever het concurrentiebeding niet inroept als het erop aankomt.
- In de praktijk treden werkgever en werknemer bij overtreding van het concurrentiebeding in overleg om samen op zoek te gaan naar een oplossing. Juridische procedures over het concurrentiebeding komen (steeds) minder voor. In het merendeel van die gevallen wordt het concurrentiebeding geschorst. In de gevallen waar het concurrentiebeding niet wordt geschorst komt het aan op een belangenafweging, die evengoed in het voordeel van de werkgever als de werknemer kan uitvallen. Werkgevers lopen dus een risico als zij gebruikmaken van een standaardbepaling in een arbeidsovereenkomst.
.
Tijd voor verandering?
Het concurrentiebeding is sinds 1907 nauwelijks gewijzigd en de huidige arbeidsmarkt schreeuwt om een herziening van het beding. Uit het onderzoeksrapport is gebleken dat de huidige werking en inzet van het concurrentiebeding alsmede de aanbevelingen van Commissie Borstlap aanleiding geven om het concurrentiebeding onder de loep te nemen. In de komende periode worden de eerdergenoemde opties uitgewerkt en aan het einde van dit jaar zal de Tweede Kamer hierover worden ingelicht.
Resumerend
De geldigheid en reikwijdte van een concurrentiebeding is niet altijd makkelijk te bepalen. De formulering ervan luistert bovendien nauw. Heeft u vragen over concurrentiebedingen of heeft u hulp nodig bij het opstellen ervan of bij het opstellen van een schriftelijke motivatie voor het gebruik van een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, neemt u dan contact op met SPEE advocaten & mediation.