Dierentuin Blijdorp wil de arbeidsovereenkomsten van een aantal werknemers beëindigen, op basis van bedrijfseconomische redenen, ten gevolge van de corona crisis en de financiële gevolgen die deze voor de dierentuin heeft. De werknemers in kwestie zijn het er niet mee eens. Wie krijgt er gelijk?
Blijdorp heeft op 8 maart 2020 het Masterplan Blijdorp 2030 gepresenteerd. Hierin staan de plannen en ambities van Blijdorp voor de komende tien jaar. Vanaf half maart 2020 heeft Blijdorp te maken gehad met verschillende maatregelen vanwege de coronapandemie, waaronder driemaal een sluiting van de dierentuin gedurende in totaal ongeveer acht maanden, een (gedeeltelijke) sluiting van de horecavoorzieningen en een beperking van het toegelaten aantal bezoekers. Blijdorp heeft de gemeente Rotterdam gevraagd om financiële steun. De gemeente heeft Blijdorp een lening van € 10 miljoen verstrekt met een looptijd van 20 jaar met onder meer als voorwaarde dat Blijdorp haar jaarlijkse kosten verlaagt met € 3,75 miljoen. Blijdorp heeft de OR advies gevraagd over een door haar voorgenomen reorganisatie. Blijdorp heeft op 4 februari 2021 het besluit genomen om conform het advies van de OR het Invoeringsplan van de reorganisatie van de onderdelen Directie en Dagbezoek & Evenementen ten uitvoer te brengen. Op 4 februari 2021 heeft Blijdorp een Aanvraag ontslagvergunning ingediend bij het UWV voor (onder meer) werknemer X en Y, op grond van bedrijfseconomische redenen. Werknemer X en Y hebben verweer gevoerd. Het UWV heeft Blijdorp bij besluit van 16 april 2021 toestemming verleend om de arbeidsovereenkomsten met werknemer X en Y op te zeggen. Werknemers verzoeken tot herstel van de arbeidsovereenkomst.
Partijen verschillen van mening of er sprake is van een bedrijfseconomische noodzaak om de arbeidsplaatsen van werknemer X en Y te laten vervallen. Partijen zijn het erover eens dat Blijdorp er eind 2019 financieel goed voorstond, zoals ook uit het jaarverslag 2019 is af te leiden, en dat Blijdorp vanaf maart 2020 ernstig is getroffen door de gevolgen van de coronacrisis. Blijdorp en de gemeente zijn overeengekomen dat Blijdorp het geleende bedrag in beginsel binnen twintig jaar zal terugbetalen en dat Blijdorp € 3,75 miljoen per jaar zal bezuinigen op haar kosten (15%). Uit het voorgaande volgt dat Blijdorp te maken heeft met bedrijfseconomische omstandigheden waardoor zij maatregelen heeft moeten treffen om de toekomst van de dierentuin veilig te stellen en dat zij in redelijkheid heeft kunnen besluiten de functies van werknemer X en Y te laten vervallen. Partijen zijn het erover eens dat er geen mogelijkheid is werknemer X en Y binnen een redelijke termijn in een andere functie te herplaatsen.
Onder deze omstandigheden heeft het UWV dan ook terecht toestemming verleend voor het ontslag en is er geen grond om de arbeidsovereenkomsten te herstellen. Dit betekent dat de verzoeken van werknemer X en Y worden afgewezen.
Heeft u vragen over deze uitspraak of heeft u andere vragen over ontslag, bijvoorbeeld wegens bedrijfseconomische redenen? SPEE advocaten & mediation is u graag van dienst.