7 mei 2024 Concurrentiebeding ongeldig door carrièresprong werknemer?

Feiten

Werknemer en werkgever zijn een concurrentiebeding overeengekomen. Werknemer heeft ontslag genomen en wil per 1 april 2024 in dienst treden bij een andere werkgever. Zijn oude werkgever probeert die indiensttreding tegen te houden met een beroep op het concurrentiebeding. Werknemer vraagt daarom in kort geding om schorsing van het concurrentiebeding, op basis van (onder andere) het argument dat het concurrentiebeding zwaarder is gaan drukken. Hoe kijkt de voorzieningenrechter hiertegen aan?

Oordeel voorzieningenrechter

De voorzieningenrechter schorst het concurrentiebeding in kort geding. Hij stelt dat de oud werkgever en de nieuwe werkgever van werknemer weliswaar concurrenten van elkaar zijn, maar dat het concurrentiebeding niet meer geldt, omdat de arbeidsverhouding zo ingrijpend is gewijzigd, dat het concurrentiebeding aanmerkelijk zwaarder is gaan drukken op werknemer.

Werknemer is begonnen in de functie van demonstrateur/commercieel medewerker en is vervolgens gepromoveerd tot het executive product manager.

Door zijn promoties, zijn zijn verantwoordelijkheden veel groter geworden en dit toont een ingrijpende wijziging van de arbeidsverhouding aan.

Daarnaast stelt de voorzieningenrechter dat het concurrentiebeding ook zeer ruim is geformuleerd én de werknemer belemmert in het vinden van een nieuwe gelijkwaardige baan binnen de hele (bakkers)branche wereldwijd.

Het had op de weg van de oud werkgever gelegen dat hij werknemer bij de promotie naar executive product manager een nieuw concurrentiebeding had aangeboden. Dat heeft werkgever echter niet gedaan, waarmee de gevolgen daarvan voor rekening en risico van de oud werkgever komen.

Wat kan er in kort geding gevorderd worden?

Het gaat in dit kort geding om een geslaagd beroep op artikel 7:653 BW. Het concurrentiebeding is zwaarder gaan drukken zodat het beding zijn geldigheid verliest en niet meer van toepassing is. In een kort geding procedure, waarin slechts een voorlopig oordeel wordt geveld, kan overigens niet worden bepaald dat het concurrentiebeding niet meer van toepassing is, omdat een voorziening die de rechtstoestand tussen partijen vaststelt naar haar aard niet voorlopig is en zich dus niet leent voor een kort gedingprocedure.

Wél kan het concurrentiebeding worden geschorst en zo luidt dan ook de beslissing van de voorzieningenrechter.

Na diverse promoties had het concurrentiebeding opnieuw schriftelijk overeengekomen moeten worden, omdat de wijziging in de arbeidsverhouding van zo ingrijpende aard is dat het concurrentiebeding aanmerkelijk zwaarder is gaan drukken.

Nu dat niet is gebeurd, is de voorzieningenrechter van mening dat schorsing van het concurrentiebeding op zijn plaats is.

Lees hier de volledige uitspraak.

Conclusie

Zowel voor een werkgever als voor een werknemer is het belangrijk om indien er een concurrentiebeding wordt overeengekomen of indien er zaken wijzigen in de arbeidsrelatie, bijvoorbeeld doordat werknemer een andere functie krijgt, hulp in te roepen van een gespecialiseerd arbeidsrechtadvocaat. De arbeidsrechtadvocaten van SPEE advocaten & mediation zijn u uiteraard graag van dienst.

SPEE advocaten & mediation Maastricht