Zoek
Sluit dit zoekvak.
23 nov 2021 Bewuste aansturing op verstoorde arbeidsverhouding?

Werknemer heeft zich op 22 september 2019 ziekgemeld. Op 8 juli 2020 heeft werkgever werknemer per brief een aanzegging gestuurd dat zijn arbeidsovereenkomst op 1 september 2020 van rechtswege zou eindigen en dat zij deze niet zou voortzetten. In reactie daarop is werknemer een procedure bij de kantonrechter gestart waarin hij heeft gevorderd vast te stellen dat er sprake was van een dienstverband van onbepaalde tijd. Wat vond de rechter ervan?

SCS heeft vervolgens een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij de kantonrechter ingediend, gebaseerd op de g-grond (verstoorde arbeidsverhouding). De kantonrechter heeft, nadat tussen partijen niet langer in geschil was dat sprake was van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, in de bestreden beschikking geoordeeld dat het ontslagverbod bij ziekte niet aan ontbinding in de weg stond. Hij heeft de arbeidsovereenkomst wegens een ernstig en duurzaam verstoorde arbeidsverhouding ontbonden per 1 mei 2021.

Hiertegen is werknemer in hoger beroep gekomen. Hij verzoekt in deze procedure primair herstel van de arbeidsovereenkomst en subsidiair toekenning van een billijke vergoeding. Ondanks het bestaan van het opzegverbod tijdens ziekte kan de arbeidsovereenkomst toch worden ontbonden als de reden voor ontbinding geen verband houdt met de ziekte van werknemer. In dit geval is ontbinding verzocht op grond van een verstoorde arbeidsverhouding.

In de periode van 17 tot en met 21 september 2021 (dus voorafgaand aan de ziekmelding) is het volgende voorgevallen. Werknemer moest op 17 september 2019 een pakketje afleveren. Hij heeft het pakketje niet kunnen afleveren omdat de geadresseerde inmiddels niet langer op dat adres woonde. In het registratiesysteem heeft werknemer echter ingevoerd dat hij het pakketje wel bezorgd had. Het pakketje heeft hij weer meegenomen en in zijn bestelbus gelegd. SCS heeft zich op het standpunt gesteld dat er door dit voorval een breuk is ontstaan in het vertrouwen dat SCS in werknemer als pakketbezorger moet kunnen stellen. Partijen zijn het erover eens dat er inderdaad sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding. Volgens het hof hield het ontbindingsverzoek van de werkgever geen verband met de arbeidsongeschiktheid van werknemer.

Het hof beslist daarnaast dat de arbeidsovereenkomst terecht door de kantonrechter is ontbonden wegens een verstoorde arbeidsverhouding, zodanig dat van de werkgever in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Werknemer heeft daarnaast zijn standpunt over ernstig verwijtbaar handelen door SCS zeer summier onderbouwd. Bovendien heeft het hof al overwogen dat de ontbinding van de arbeidsovereenkomst niet is veroorzaakt door ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van SCS. SCS heeft de arbeidsverhouding niet doelbewust verstoord. Dat wel duidelijk is dat de opstelling van SCS, naast die van werknemer, heeft bijgedragen aan een steeds dieper en fundamenteler geworteld wantrouwen over en weer, is niet genoeg om ernstig verwijtbaar handelen aan de kant van SCS aan te kunnen nemen. Het hof volgt hiermee het oordeel van de kantonrechter. Wilt u de hele uitspraak nalezen, dan kan dat hier.

Heeft u vragen over deze uitspraak of heeft u andere vragen over arbeidsrecht? SPEE advocaten & mediation is u graag van dienst.

SPEE advocaten & mediation Maastricht